15-01-2016

Al jaren neemt het aantal bedrijven dat er mee stopt toe. Ook het aantal startende ondernemers neemt toe. De kans op mislukken als ondernemer is dus best groot. En toch is dat precies wat onze samenleving nodig heeft. Een samenleving als de onze verder vooruithelpen gaat niet vanzelf. Mensen met goede plannen zijn daarbij de basis. Dat kunnen ondernemers zijn, ambtenaren of politici. Mensen dus. Het lijkt er steeds meer op dat vooruitgang in Nederland afhankelijk is van mensen met goede plannen die daarmee gaan experimenteren. En dan krijg je alleen maar vooruitgang als mensen ook durven te falen. Welkom in de experimenteereconomie!

Vooruitgang is iets raars in de economische wetenschap. We definiëren haar al vrij snel in de vorm van innovatie, nieuwe dingen en meer rijkdom. Maar als we daar een beetje doorheen kijken, gaat het om mensen die nieuwe oplossingen verzinnen voor problemen die ertoe doen. Dat is vooruitgang. En dat kunnen nieuwe of heel oude problemen zijn. Of soms zelfs voor problemen waarvan we niet eens wisten dat we die hadden.
Oplossingen voor oude of bestaande problemen vinden we bijvoorbeeld in de medische zorg: hoe kunnen we ziekten oplossen, mensen langer gezond laten leven et cetera.
Oplossingen voor nieuwe problemen komen samen met nieuwe technologieën. We wisten niet dat we een probleem hadden met telefoons waarvan de batterij snel leeg gaat, totdat we smartphones hadden die niet meer uit de handen van veel mensen zijn te branden. En voilà, allerlei nieuwe oplaadideeën schieten als paddenstoelen uit de grond. Hetzelfde voor elektrische auto’s. Ook een nieuw probleem is bijvoorbeeld de niet-toegestane Uber-chauffeurs. Daar moeten we nog een oplossing voor verzinnen.
Daarnaast zijn er nog een heleboel oplossingen, producten en diensten te bedenken waarvan ik niet eens wist dat we die nodig hadden. Kijk maar eens naar de Telsell-spotjes midden op de dag: allerlei ingewikkelde fitness-apparaten, slankmakende kleding, bijzondere voedingssupplementen, huishoudelijke apparaten, noem maar op. Ik wist niet dat ik ze nodig had, laat staan dat ze een al dan niet nieuw probleem oplossen. Maar ik word waarschijnlijk beperkt door mijn weinige begrip hieromtrent.

Nieuwe oplossingen brengen vooruitgang. En die relevante oplossingen worden steeds lastiger te verzinnen naarmate een samenleving welvarender is. Veel goede, slimme dingen zijn dan immers al bedacht. En het kopiëren van de oplossingen in andere landen is dan allang gebeurd. Want dat is voor veel minder welvarende landen de bron van groei: kopiëren wat anderen al bedacht hebben. Niet alleen qua producten, maar ook hoe je bijvoorbeeld een samenleving inricht.
Maar dit experimenteren wordt ook steeds belangrijker in een complexe en dynamische wereld. Die oplossingen, laten we deze ook een keer innovatie noemen, zijn immers de bron van vooruitgang. En in een dynamische wereld kunnen oplossingen ook snel verouderen. En moet er weer wat nieuws worden bedacht.

2016 wordt wat mij betreft het jaar van de experimenteereconomie. Het experimenteren met nieuwe verdienmodellen die bijvoorbeeld circulaire oplossingen kunnen bieden: van afval (een oud probleem) nieuwe grondstoffen kunnen maken. Of experimenteren met nieuwe concepten: ervaringen in plaats van producten of geen vaste prijs vragen maar de consument laten betalen. Maar ook eentje die ik al eerder beschreven heb: financiële innovatie voor sociale problemen, zoals mensen betalen om zich ergens voor beschikbaar te houden, bijvoorbeeld om op te passen voor het geval de vaste oppas ziek is.
Dit soort experimenteren geldt ook voor de overheid. Denk daarbij aan experimenten met het basisinkomen, om te kijken of dat een efficiëntere oplossing is dan bij iedereen toetsen of hij of zijn wel recht heeft op een uitkering.

En dan zullen er ook komend jaar weer meer bedrijven zijn die ermee stoppen. Maar ook zullen er weer meer bedrijven starten. Want meer zal welhaast moeten mislukken om de relevante oplossingen te vinden voor onze toekomst. Een aantal dingen is nodig om dat te stimuleren. Ten eerste mensen met goede ideeën en lef. Die zijn er in Nederland. Ten tweede mensen die ook kunnen falen: die als ze failliet gaan niet jarenlang een probleem hebben. En ten derde zo weinig mogelijk beperkingen als het gaat om regelgeving. Een flexibel maar goed vangnet en soepele regels.
Welkom in de experimenteereconomie!

License

Icon for the Public Domain license

This work (Puzzelen over 2016 by Hans Stegeman) is free of known copyright restrictions.

Share This Book